Papier met de bast van de volwassen grote brandnetel
Ik ben een grote fan van papier maken met de bast van de grote brandnetel. Maar dat is niet altijd zo geweest: de resultaten van de eerste pogingen waren zo slecht dat ik mezelf beloofde nooit meer brandnetelpapier te maken. Maar de brandnetel bleef me triggeren. Dus ik probeerde het nog eens en nog eens en nog eens.
Voor het maken van papier heb je de grote brandnetel (Urtica dioica) nodig en niet de kleine brandnetel (Urtica urens).
Je gebruikt de bast (buitenste laag van de stengel) van de volwassen, uitgebloeide nazomer plant gebruiken. In de bast bevinden zich namelijk de papiervezels. Deze vezels zijn zo sterk en verweven zich zo goed met elkaar dat je het papier zelfs niet kunt scheuren. Bovendien is het ontzettend mooi papier!
Het scheppen van brandnetelvezels heeft nogal wat voeten in de aarde gehad. Doordat de vezels direct met elkaar verweven zodra ze uit het water komen, valt het papier nauwelijks te scheppen. Zelfs niet met de Japanse methode. Maar : ) koppig doorploeterend en andere manieren om het papier te scheppen uitproberend, heb ik uiteindelijk een oplossing gevonden.
Feitelijk is de vezel van de brandnetel vooral een textielvezel. En het is zelfs zo'n stevige vezel dat je er ook prachtig touw van kunt twijnen.
Goed, papier met de grote brandnetel maken. Hoe doe je dat?
- Verzamel stengels van de uitgebloeide nazomerplant.
- Rits de bladeren van de takken en van de vrouwelijke planten ook de zaadstrengen. Trek hiervoor tuinhandschoenen aan. Als je de stengels niet direct verwerkt, rol ze dan in een natte handdoek zodat ze niet opdrogen.
- Wanneer je de stengels gaat verwerken, doe ze dan in een emmer en schenk de emmer vol met kokend water. Laat dit 24 uur staan. Giet vervolgens het water af en schenk de emmer vol nieuw kokend water. Laat weer 24 uur staan. Herhaal dit tot het weekwater niet meer zwart maar helder is én je de bast gemakkelijk van het houten hart kunt trekken.
- Knak de stengel net onder of boven een knoop en strip de bast eraf. Verwijder met een mesje de grote, dikke knopen. Zij ontsieren je papier.
- Knip de strengen bast in stukken van 3 tot 5 cm.
- Kook het plantenmateriaal in een alkalische oplossing: 2 liter water met 25 gr soda. Breng eerst het water aan de kook zodat de soda zich goed over het water kan verdelen en voeg dan pas de bast toe. De alkalische oplossing is voldoende om de bast van 50 stengels in te kunnen koken. Ik kookte de bast 60 minuten.
- Giet het kookwater af en spoel de vezels grondig tot het spoelwater helder is.
- Beat het plantenmateriaal. De vezel van de brandnetel is niet geschikt om in een blender te verwerken.
- Wanneer met het kloppen alle vezels goed zijn vrijgekomen, trek je ze uit elkaar in een kom water. Laat de vezels ongeveer een uur staan om ze te hydrateren.
- Brandnetelvezels vlechten direct ineen zodra ze uit het water worden gehaald. De vezel valt dan ook bijna niet met een schepraam te scheppen. Ik leg de vezels handmatig op de zeef van het schepraam. Pak de vezels niet tussen je vingers vast want dan klitten ze direct aan elkaar, maar schep ze met een vork uit de kom water. Leg de vezels m.b.v. de vork op de zeef en maak daarbij een strijkende beweging.
De vezel uit de bast van de brandnetel verstrekt oersterk en bovendien prachtig papier! Dankzij de mooie en stevige structuur is zo’n vel papier vooral geschikt als een stevige kaft voor bijvoorbeeld een mapje of boekje. Voor wie zich bezigt met boekbinden: dankzij de sterkte van de vezel kan het vel papier prima als kaft worden ingenaaid zonder te scheuren. Met de bast van 100 stengels kun je 2 vellen papier van A5 formaat maken. Op YouTube vind je een video over papier maken met de bast van de grote brandnetel.